De Romeinen:                    De Romeinen brachten veel spullen naar ons land die we hier nog niet kenden. Perziken, druiven en kippen bijvoorbeeld. Maar ook spiegels, messen, lepels en glas. En wat ook nieuw was: geld!


 
De Grieken:

De Oude Grieken dat er heel veel goden waren. Overal bestond wel een god voor. Zeus was de oppergod.

 

 

   
 
De Egyptenaren:              De oude Egyptenaren hadden speciale technieken om lichamen te mummificeren.  




Het verlies van België:

In 1814 ontstond het koninkrijk Nederland. België hoorde daar ook bij. Met Willem I als koning.

 

De geschiedenis van prinsjesdag:

Prinsjesdag bestaat al bijna tweehonderd jaar.


 

   
Afschaffing slavenhandel:

In 1814 werd de handel in slaven afgeschaft.

 

De vestigingstad:

Door de uitvinding van het buskruit konden de stadsmuren de steden niet meer goed beschermen. Er moest iets anders bedacht worden.

 

   

Strijdster voor de rechten van de vrouw:

Aletta Jacobs was het eerste meisje in Nederland dat mocht studeren aan een universiteit. Ze studeerde voor arts en werd na haar examen dokter in Amsterdam. Door haar is er veel veranderd in Nederland.

 
De eerste vrouwelijke student:

Honderdvijftig jaar geleden konden alleen jongens studeren aan een universiteit. Aletta Jacobs bracht daar verandering in. Zij heeft studeren voor meisjes mogelijk gemaakt.